maandag 10 maart 2008

16. Lichtpuntjes op een onstuimige reis

Verlangen naar liefde, lichtpuntjes op een onstuimige reis

Het filmdoek van het leven wordt langzaam zichtbaar. De lichten in het schemer dimmen en het geprojecteerde beeld wordt scherp. Onstuimig ontplooien zich creaties van realistische visualisaties, waarneembaar voor de toeschouwers. De projectie intrigeert, het imponeert. Lichtspinsels zijn vermengd met het giftige poeder van het irreeƫle. Is boven nu onder of onder boven? Is rechts nu links? De richting is grillig. Moeten de soldaten van volharding dwars over of langzaam terug? Volgen zij de hypotenusa van het leven, de langere maar betere weg?.
Allerlei indrukken komen indringend het schemer van het besef binnen. Soms als een mokerslag, spietsend als een wig tussen de spanten. Een eruptie van existentie. De signalen dansen als piroetten van herkenning traag en onbetwist door: bol van oorlog, ellende, narigheid, zinloos geweld, rechtsgevoel, het spel van welles-niets, de strijd om het bestaan. Soms ook vertederend, illuster, helder en verkwikkend. Ladingen informatie, vanuit het schijnbare niets, komen gestaag door. Het scherm licht geregeld op, met flitsen van ongeluk en onvermogen. Wat wil de informatiezuiger zien? Zappen van de ene indruk naar de andere, het heeft geen zin, het is verspilde tijd. De fles drank met vertroebelend vocht loopt steevast leeg in het glas van behoefte. Zij, die met onbedoelde mistroostigheid daarvan proeft, laat de inhoud verdwijnen in het blijvend verlangen. Onlesbare dorst naar meer. Syllogistische bevrediging. De volgende dag wacht alleen de kater van dat moment van ongewilde zwakte.
Ziek, zwak en misselijk is het beklemmende gevoel dat resteert, het resudu van ongebrijdelde behoefte.

Weerspiegeling op een niet rimpelloos wateroppervlak. Wat weerkaatst de gedachten? De richtingsaanwijzer resuluut gebiedend naar rechts of links?. Even stilstaan. Waar moet de zoekende heen? De zwerftocht naar herinnering en onbegrensd onpeilbaar besef gaat onvermoeid door.

Voor de Julia, verzwolgen en geborgen in liefde, kan het van het ene op het andere moment omslaan. Bedrog, sarcasme, verdriet onbegrip en verwijt. Zij heeft, als antwoord op verlangen, de prins op het witte paard ontmoet. Het geschenk van liefde, dat doet opwellen van vreugde. Zij rijden in lichte draf naar verre horizonten. Haar Romeo, met zijn hand op de belofte, de voet stevig in de stijgbeugel van het leven.
Dan overwacht, glijdt zijn voet, onvast naar de brakke bodem van de realiteit en mist verharde ondergrond. Het rijdier maakt onheuse sprongen. Het paard is ouder geworden, grijs, rimpelig, afgemat en moe.

( Romantiek )
Francesco Hayez
Rinaldo en Armida
(beiden figuren uit "Gerusalemme liberata" van
Torquato Tasso )



Daar ligt zij: Sneeuwwitje, de gepassioneerde Armida, gevangen in een rose wolk. Haar koninklijke bruidegom kijkt met onverholen aandacht naar wat komen gaat. Opeens verschijnt hij aan de einder, versnelt zijn pas en vlijt zich neer aan haar zijde. Zijn hart is onstuimig, zijn liefde onverzadigbaar. Hij wekt haar met de kus van de bevrijding, de tederheid van het broze geluk.
De jaren en tijden, hoe snel verglijden zij? Opeens het tragische besef: haar jurk is smoezelig, verbleekt in de schrale avondzon. De wolk is ver afgedreven, verjaagd door de wind van de ervaring.

Zij vonden hun bestemming Julia en Romeo, sneeuwwitje en haar prins Rinaldo. Eerst verblind, later de ogen geopend door de keiharde expertise van het bestaan. Vier zielen onder de wachtenden die nog zich uitstrekken naar momenten van geluk en echte liefde?

De ware liefde wacht, het geduld lijkt oneindig door te tikken op het uurwerk van verwachting. Misschien, eens op een dag, verschijnt de koene schipper op het deinende schip, dat resoluut aanmeert. Zijn bagageruim bestaat uit elementen van verrassing en aanvaarding. Hij staat trots en onwankelbaar op de boeg, in zijn ene hand geluk, verlangen, hartstocht, liefde, erotiek en passie. Zijn andere omsluit realiteit, kracht, stabiliteit, bescherming en vertrouwen. Wellicht, ver bij de achtersteven opgeborgen: onverwacht bedrog, bevestigde argwaan en momenten van zwakheid. Nog een korte tijd, wat langer misschien, het lijkt onverdragelijk.

Ze glijdt zachtjes, onhoorbaar welhaast onbewogen van haar gedachtentroon, en neemt plaats op de zetel van verlangen; meegevoerd naar de groene zachte zomen van het wollige avondtapijt. Ze staart omhoog, naar verre oorden, daar waar de gerechtigheid de waarheid ontmoet. Kleine fonkelende sterren aan de inktzwarte lucht. Lichtpuntjes op de golven van onzekerheid. Zij zoekt naar woorden, zij zoekt naar een naam. Hoe heet hij, waar ligt zijn bron? Nomen est omen. De naam verglijdt als een vage herinnering. Hora est, tijd om te gaan. Veni, zegt hij, ik zal komen. Zonder aarzelen zal hij het zien en doorzetten naar tastbare waarden. Ja, overwinnen zal hij. Fonkelende sterretjes op de mantel van verwachting en gerechtigheid. Zal hij komen, de prins, die de aspecten van vervulling in zijn tas vol geluk met zich meedraagt? De schipper, die koers zet naar veilige haven? Hij, de adonis, die met genoegen zal proeven van de fruitmand van trouw en geluk? Komt hij met gerechtigheid en verblijding van het hart? Bedekt hij het onvermogen met stromen van pracht en waarheid?

Komt hij op een moment dat alle hoop is vergaan, of aan het einde van de verzuchting...of wellicht als een waterval, die kletterend zijn grillige weg zoekt naar stille wateren? Kan zij het verdragen, het geschenk voor haar dat hij onbetwist meedraagt? Tovert hij het furieus tevoorschijn of wacht hij op het bestemde, berustend ogenblik? Wordt zij bedekt met de overweldiging? Zijn reisplan is onnavolgbaar, zijn aankomsttijd onbekend. Wie kent hem, de onvolmaakte ridder die het hof maakt aan de jonkvrouwe, die zijn glimlach zal beantwoorden met passie?
Zij wacht, zij verlangt, zij hoopt...zij verlangt naar liefde en waarheid, die voor haar zal verschijnen, zij strekt zich ernaar uit.

Zij verblijdt zich niet in de ongerechtigheid, maar zij verblijdt zich in de waarheid; Zij bedekt alle dingen, zij gelooft alle dingen, zij hoopt alle dingen, zij verdraagt alle dingen.

-------------------------------------------


n.a.v. Rinaldo en Armida
(Romantiek)
De naam romantiek is ontleend aan de middeleeuwse romances - verhalen waarin feilbare mensen de droom van volmaaktheid najagen. Aanvankelijk had het woord de misprijzende connotatie die tegenwoordig aan een woord als sentimenteel kleeft.

Voetnoot:
Wellicht iets 'te hoog gegrepen' voor de doorsnee bloglezer. (excuus).
Gelukkig zijn is relatief, alles is relatief, syllogistisch evenredig aan niets is belangrijk. Quod erat demonstrandum, maar vertel het niet verder want de waarheid is minder contagieus dan een vleiende leugen.

Illustratie onder: Ontwaakte Liefde



© Matti, 10 maart 2008
Proza
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.

Geen opmerkingen: