donderdag 27 november 2008

148. Mijn eerste keer

Vandaag moet ik iets vertellen van een bijzondere en schokkende gebeurtenis in mijn leven. Gisterenavond is het gebeurd. Ik was samen met mijn lief en voordat ik er erg in had, overkwam het me. Het was mijn eerste keer. Zonder dat ik het besefte, was het zover. Ik had zoiets nog niet eerder meegemaakt en ik had lang gehoopt dat ik ervan verschoond zou blijven. 'Die eerste keer' is het meest pijnlijk, zeggen ze. Het veroorzaakt onbewust meer impact dan menigeen in eerste instantie denkt. Het bijkomend effect was een directe aanslag op mijn emotionele zenuwbanen, mijn traanbuizen en mijn hartslag. Om heel eerlijk te zijn: zo'n eerste keer is beslist niet prettig, dat kan ik je wel verzekeren. Dat komt vooral doordat je het niet verwacht. Je wordt er ineens mee geconfronteerd. Daarna moet je het wel eerst even verwerken en tot jezelf komen. Ik was denk ik helemaal in gedachten verzonken en had ongetwijfeld mijn aandacht er niet helemaal bij. Dat moet haast wel, want opeens voelde ik hem van achteren tegen mij aandrukken.
Ik schoot naar voren en zonder ik het besefte, was het leed geschied. Het gebeurde in het halfdonker...

Ik was onderweg naar huis en degene voor mij begon wat heen en weer te schuiven en remde af. Waarschijnlijk heb ik 'm harder ingetrapt dan de bedoeling was, want achter mij voelde ik een schok en ik schoot naar de zijkant. Ik kon 'm niet meer houden.
Zo schoot ik dus een stukje door de berm en kwam tegen de vangrail terecht. Onmiddellijk sprong ik eruit en mijn hartslag ging als een razende tekeer. Ik begon echt te beven, want de motor stond ook meteen stil en ik stond uiteraard helemaal te shaken. Achter mij sprong er ook iemand uit en die kwam meteen naar me toe. 'Mankeer je niks? vroeg hij meteen. Ik schudde van nee, 'k geloof het niet, maar de tranen stonden haast in mijn ogen. Hij keek naar de beide auto's en zei: 'Bij mij valt het wel mee, het lijkt erger dan het is, maar jij hebt een deukje in je achterkant'. Samen gingen we kijken en liepen toen ook naar de voorkant. Met de rechterzijkant stond 'ie tegen de vangrail, maar dan ook maar net. 'Gelukkig, alleen wat blikschade' zei hij met een vastberadenheid alsof hij het iedere dag meemaakte. Maar ik stond nog steeds te beven.'Kun je nog starten? vroeg hij. 'Mag ik even? vroeg hij en hij ging achter mijn stuur zitten en daarna sloeg de motor gelukkig meteen weer aan. Lieve kind, zei hij, rustig maar, er is verder niets aan de hand. Als we hier langer blijven staan, wordt het nogal een spektakel en dat is niet nodig. Een paar honderd meter verderop is een benzinepomp. Zullen we daar even heen rijden? Dan kunnen we daar even op alle gemak kijken Zo gezegd zo gedaan.

Even later zag ik het tankstation al met dat bekende rode beeldmerk (nee, geen reclame). Met trillende handen reed ik een stukje door, naar de zijkant bij de toiletten. Bij het tankstation stapte hij ook uit en zei: Laten we maar even naar binnen gaan, daar is het warm. Lust je koffie? 'Ja' zei ik en hij tapte daar twee bekers koffie. 'Albert' zei hij, 'ik had me nog niet voorgesteld' en hij stak zn hand uit. 'Het komt helemaal goed hoor, zei hij 'het is gewoon wat blikschade en formeel ben ik gewoon de schuldige, want achteroprijdend verkeer is altijd de klos. Ik had gewoon op moeten letten. De laatste week is het kommer en kwel op de weg. Bij opkomende gladheid moet je gewoon rustiger rijden en beter opletten. Het wordt gewoon wat gladder op de weg en kon je niet meer ontwijken., zei hij. 'O, een routinier dus, een notoire brokkenpiloot, met standaard een formulier voor de verzekering op zak', dacht ik meteen, toen hij met een zwaai het formulier op het tafeltje legde. Hij had een A4-formulier, een internationaal schadeformulier met gekleurde vakken, voor de dag gevist (moet je eigenlijk zo'n ding altijd bij je hebben, vroeg ik me af) en daar wisselden we de gegevens uit. Hij had al 'eens vaker wat gehad', zei hij met een nonchalance en vanzelfsprekendhuid alsof je continu in het verkeer wat overkomt. Van schrik kon ik me niet meer herinneren wat mijn kenteken was, maar hij keek even naar buiten en vulde het formulier verder in. We zetten allebei een handtekening eronder en hij zei: De verzekering regelt het wel verder hoor. Ga maar gewoon naar je garage en laat het taxeren. Hier heb je mijn kaartje en bel maar als er wat is. Eigenlijk best een merkwaardige manier om kennis te maken met iemand, ging hij verder. Gaat het weer een beetje?, vroeg hij. Ik schoot in de lach en zei: Jawel hoor, mijnheer Dröge. Hij ook lachen en toen was de spanning was weer gebroken. Ik bedankte hem voor de koffie.

Sorry hoor, zei ik tegen hem, 'dat ik zo sta te 'shaken', maar het is mijn eerste keer'. 'Wat? vroeg hij. Ik bedoel, mijn eerste aanrijding, mijn eerste ongeluk. Hij moest even grinniken. Och, het valt wel mee hoor, alleen wat deukjes aan de buitenkant, zei hij. Kun je zelf wel weer thuiskomen, moet je nog ver? vroeg hij belangstellend. O vlakbij hoor, met tien minuutjes ben ik weer thuis en ik bel straks even een kennis die me wel kan helpen met de verzekering enzo. Morgen bel ik de garage wel even, want het is nu al bijna kwart voor zeven. Ik denk dat er niemand meer is bij Renault. Albert glimlachte en zei: Je bent behoorlijk bij de tijd. Ik grinnikte en antwoordde: 'Dat moet ook wel, want anders kom je tegenwoordig niet ver'. 'Je lijkt me best wel aardig, zei hij en bekeek me nog een keer. Je ziet er leuk uit, vervolgde hij.

Hij heeft vast niet goed gekeken, ik zie er niet uit, dacht ik nog, want ik lijk wel een spook. Ik had me begin van de middag afgesminkt van het Zwarte Pietenfeest en ik moet er asgrauw uitgezien hebben. Nog een extra macabere dimensie bij de gebeurtenis van zojuist. Verbazingwekkend, zijn conclusie, dat ik er wel aantrekkelijk uitzag. Met de tranen in mn ogen erbij, zou hij eerder gedacht moeten hebben dat ik meteen doorkon naar de Intensive Care. Dat zou logischer zijn geweest. Mannen reageren soms zo merkwaardig, als ze een leuk meisje denken te ontmoeten. Sterker nog: ze hebben er in gedachten al de wildste avonturen mee beleefd. Ik vond dit 'avontuur' eigenlijk al wild genoeg. Bovendien was dit nu niet bepaald de ideale entourage om te daten. Zelf dacht ik: zometeen thuis eerst maar even onder de douche, daarna een kop lekker warme chocolademelk en wat makkelijks in de magnetron om te eten. Bovendien, een bezoek vandeweek aan een schoonheidssalon, voor een goed gezichtsmasker zou ook niet verkeerd zijn...

Bijna was ik in de veronderstelling dat 'ie een date wilde, want hij vroeg: 'Zal ik anders morgen even langskomen bij je om te kijken hoe het met je gaat? 'Nee, dat is niet nodig hoor, zei ik met een blik op zn visitekaartje van een of ander ICT-bedrijf. Ik weet u wel te vinden en als het nodig is neem ik wel contact op. In gedachten zag ik 'm morgen al bij me voor de deur staan: 'Hallo schatje, ken je me nog? Hier ben ik weer, wij hadden gisterenavond nogal direct en intensief contact'. Weet je nog, hoe wij daar samen voorover gebogen stonden bij...
Ha, dat had ie gedacht...
Met enige helderheid van geest besloot ik meteen ook maar te tanken. De grootste schrik was alweer voorbij. Ik was er nu toch. Ik reed terug naar de pomp en pakte de slang van de Euro95 en liet 'm weer helemaal vollopen. Ik keek ondertussen nog even naar mn 'vriendje' en dacht: 'Toch wel jammer dat ie nu twee deuken heeft opgelopen. Hij zag er nog zo heerlijk gladjes en verzorgd uit.

Vanmorgen ben ik langs de garage gereden. Bij de receptie kreeg ik alweer grote ogen, toen ik me daar meldde. 'Kan ik u ergens mee helpen?, vroeg de receptionist. 'Ik denk van wel. Ik heb twee kleine plekken waar even naar gekeken moet worden. Volgens mij moet dat flink worden aangepakt.'
'Ja, dat zal best'
, zei de man achter de balie,'Waar zitten die plekken?'.


Dit is nu 'mijn lief':














Toelichting:

De aanleiding is niet zo leuk, maar ik heb toch geprobeerd er een 'spannend' blog over te schrijven
Ik heb een leenauto meegekregen, dus ik ben gewoon weer 'mobiel'.
Voor alle duidelijkheid: met mij is alles goed, zelfs geen schrammetje!

Natuurlijk ben ik enorm blij met de vele reacties op het blog en dat het is UITGELICHT, maar ben zelf nog niet helemaal tevreden met het schrijfresultaat: ruim 1.400 woorden en dat is veel te lang. Dan haken de lezers af. Ook de invalshoek had doordachter moeten zijn. Uiteraard ken ik de uitgangspunten: 600 woorden is doorgaans het maximum voor een weblog, een limiet van 400 woorden, nog beter. Het hangt echter van de inhoud af. Een excellenter vocabulair had het weblog briljanter kunnen maken. Schrijven = schrappen. Redigeren, herschrijven en nogmaals herlezen, woorden vervangen, spellingchecks. Fases, die ik door de snelheid over het hoofd heb gezien.
Het is niet geworden wat het had moeten zijn. Het zal wel door de schrik gekomen zijn. Toch ga ik het dit keer maar niet herschrijven.
Ja, beste lezers, ik pas ook zelfkritiek/ zelfreflectie toe.

Lees hier het vervolg op dit blog: 150. Een geurig medicijn


© Matti, 27 november 2008
** UITGELICHT 27-11-2008 **

dinsdag 25 november 2008

147. Haiku 'Danza'



Si, dolcissima
Danza sul mio petto
Ultima gioia




--------------------------------------------
Si, dolcissima (Ja, 'superzoet')
Danza sul mio petto (dansen tegen mijn borst)
ultima gioia (ultiem genot)














Dansen dicht tegen elkaar, zonder woorden, enz., een echt sexy tekst!
(en dat met mijn brakke, gebrekkige Italiaans; 'k hoop dat ik het goed neergezet en vertaald heb...)





© Matti, 25 november 2008
Met dank aan E.
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.

vrijdag 21 november 2008

144. Romance in Toscane (1)... de ontmoeting




(Hoe moet je nu heel veel gebeurtenisssen kort samenvatten?
Ik ga maar gewoon schrijven..)

Poggibonsi, Toscane, Italia
zaterdagmorgen 6 september...




Het is nog heel vroeg, ik schat kwart over zes, als ik door een vaag geluid ergens buiten, opeens wakker word. Boven me, door het muskietennet, zie ik het plafond van een voor mij onbekende kamer. Ondanks de vele glazen wijn van de avond ervoor (= vier; of waren het er vijf?), ben ik best redelijk helder. Gelukkg, geen hoofdpijn, is mijn conclusie. Het was broeierig vannacht. Mijn pyamajasje had ik al 'uitgeworsteld'. Ik lig hier slechts in mijn slipje gehuld, het laken had ik - ergens in de nacht - ook al losgewoeld. voorzichtig strek ik mijn linkerhand uit. Naast me ligt Carla, nog heerlijk in dromenland. Laat haar nog maar even heerlijk uitrusten, denk ik. Even, in een flits van een moment, fantaseer ik dat het niet Carla, maar iemand anders is die naast me ligt. Ach, met Carla ga ik al jaren om, we zijn goede vriendinnen en weten alles van elkaar. Het is onze vakantie en eigenlijk had ik wakker moeten worden in een klein koepeltentje op de camping in Toscane. Gisteren was dat wel het geval, maar het is allemaal heel anders gelopen, dan we gedacht hadden. De camping die we uitgezocht hadden, was best rustig, gemoedelijk en goedkoop. Onze camping ligt in Castellina in Chianti, tussen Siena en Poggibonsi. We hadden een fijn plekje voor het tentje gevonden, heerlijk onder de bomen. Voor de staanplaats betaalden we maar € 3,50. Met ons tweetjes erbij (€ 8,- pppn) was het nog geen twintig eurootjes, dus voor een tientje per persoon kamperen, daar kun je geen buil vallen.

Rechts van me komt het daglicht naar binnen, door het raam van een openstaande deur. Ik denk aan alles wat gisteren en eergisteren gebeurd is. Het is begin september. Na een tussenstop in Zuid-Duitsland, in Beieren, waren we doorgereden naar Italië en hadden twee dagen doorgebracht bij het Lago Maggiore, in Noord Italië. De volgende ochtend, dinsdag dus, zijn we naar Toscane, naar Castellina in Chianti, doorgereden. Castellina is een klein dorpje in de buurt van Siena. De eerste vakantiedag in Toscane hadden we wat geluierd en gewandeld in de omgeving. We hadden heel wat wensen op ons lijstje voor de drie en een halve week: Florence, Siena, Rome, het strand, shoppen en noem maar op. De tweede dag zijn we naar de historische stad Siena gegaan met het beroemde Campo del Maggio. Alleen al uit kunsthistorisch- en cultuurhistorisch perspectief is het bezoek aan de oude stad meer dan waard. Het fototoestel ging uiteraard mee en op een gegeven moment zijn we maar gewoon gestopt met plaatjes schieten, want elk uitkijkje en vergezicht is zo mooi. Toscane is een gebied waar je van gaat houden. Op die woensdagmorgen hebben we de markt daar bezocht en 's middags hebben we uitgebreid geshopt. Met ladingen dozen, waaronder veel schoenen, arriveerden we weer bij de camping. De dozen stopten we in de auto, want anders was er geen ruimte meer over in ons kleine koepeltentje. Woendagmiddag hadden we in een schoenenwinkel Ricardo ontmoet, die ons had uitgenodigd om de dag daarop, donderdagavond, gezellig wat te komen drinken in een echt Italiaans barretje. Daar hadden we wel oren naar, want het was lekker weer en de hele avond bij de tent zitten is ook niet alles. Hoewel, ik had genoeg te lezen bij me.
Voor de zekerheid hadden we wat warme spulletjes meegenomen, want je weet natuurlijk nooit of het 's avonds echt fris wordt. Carla en ik hadden allebei onze mooie jurk aangetrokken, ik mn zwarte met natuurlijk de schoenen die ik in Siena had gekocht. Even uitproberen! We parkeerden de auto in een straatje vlakbij en wandelden om een uur of half negen naar het barretje, waar buiten op het terras diverse mensen zaten. Wij ploften daar ook maar neer, want het was heerlijk weer. We waren nog maar nauwelijks gearriveerd, of Ricardo kwam opeens uit de deuropening van het 'Restorante' tevoorschijn en kwam bij ons staan. 'Vi è la bella Carla è bella Matti' riep hij tegen haar en mij, vervolgens riep hij iets naar achteren, waarop nog een Italiaan tevoorschijn kwam. Hij wees op mijn schoenen en prevelde vlug een aantal zinnen in het Italiaans. Ze wenkten dat ik even moest gaan staan. Beide mannen lachen en complimenten maken natuurlijk. Ik was blij dat ik weer snel kon gaan zitten, want de andere gasten zaten ons flink te bekijken. We bestelden cappuccino (mmm, heerlijk)
Vuoi andare a ballare?. Ballare? riepen wij en eerst begrepen we niet wat ze bedoelden, maar al gauw maakten ze duidelijk dat het om dansen ging. Met Engels kunnen ze daar toch niet echt uit de voeten. Nou prima, een beetje dansen en ergens gezellig wat drinken is wel leuk, dus wij riepen: 'discotheek?' Dat begrepen ze. 'Discoteca, si' antwoordden ze en na wat heen en weer gepraat begrepen we dat er zat discotheken in Siena waren. Dat hadden we in zo'n oude stad niet gedacht. Hoewel, toch eigenlijk wel logisch met zoveel toeristen. Ze wenkten dat we maar mee moesten gaan. Een paar straten verder dus, naar La Vispa Teresa. We bestelden daar eerst maar een lekker glas wijn, een witte, want we moesten even een beetje in de sfeer komen. Er werd best wel leuke muziek gedraaid.
Ik had er al even gezeten en opeens zag ik hem staan, vanuit mijn ooghoek: een best knappe jongen man in een wit overhemd en hij keek ook mijn kant op. Ik zag dat hij wat vroeg aan de andere jongens en die knikten vervolgens weer mijn kant op en hij slenterde heel langzaam naar mij toe. Mijn hart sloeg wel drie keer over geloof ik en mijn adem stokte in mijn keel. Ik voelde mezelf helemaal trillen. Eerst keek ik om me heen of iemand het zag, maar dat was verbeelding denk ik. Hij stond naast ons tafeltje en begon eerst in het Italiaans en toen ik hem vroeg of hij ook Engels sprak, bleek dat het geval. Niet zo vloeiend, maar toch. We kregen een gesprekje over vakantie, Toscane, waar we vandaan kwamen enzo. Amsterdam kon hij nog net traceren, maar van andere steden had hij niet veel kaas gegegeten. Bij 'Utrecht' was het nog even fronsen, maar bij 'Nijmegen, Zwolle, Maastricht, laat staan Haarlem of Amersfoort haakte hij helemaal af. Hij bleek daar in een stadje in de buurt van Siena te wonen. Hij had in Torino gestudeerd, iets van economie en hij leek me niet bepaald dom. We hebben in het Engels zitten praten en (wij) in zeer gebrekkig Italiaans (tenminste geprobeerd), een beetje met gebaren, want behalve een paar woorden, ciao, grazie, pronto en arrivederci spreek ik geen Italiaans. Toen Carla weer terug was bij ons tafeltje, kwam Giovanni, want zo heette hij, met nog een jongen, Mario, bij ons en Ricardo zitten en het was best gezellig met dat groepje. Opeens liep Giovanni weg en even later kwam hij weer terug en het leek wel betoverend. Hij had een blad met glazen wijn gehaald, waxinelichtjes erbij en bood ons wat aan. Daarbij ging hij op zn linkerknie zitten. Ook lag er voor elk van ons een roos bij het wijnglas. Het was Chianti volgens hem en de lekkerste uit de streek. Waar 'ie die nou weer vandaan geritseld had, weet ik niet, maar het stond heel charmant. Zoiets heb ik hier in Nederland nog nooit meegemaakt. Waar gebeurt zoiets, dat iemand in een disco of barretje je een glas komt aanbieden, met een theelichtje erbij, voor je op de grond gaat zitten en je glimlachend aankijkt? Het kwam heus niet 'versierderig' over, want hij ging daarna meteen zitten en in het Italiaans, met een woordje Engels er tussendoor, lovend zitten uitleggen dat Toscane een prachtig land was met lekkere wijnen, enzovoorts. Van de meeeste zinnen begreep ik niet veel, maar de intentie was duidelijk. Zo af en toe keek ik met een schuin oog naar 'm. Een donker koppie, bruine ogen en een behoorlijk gebruinde borstkas, wat een bink. Toen ik vroeg: 'Where is your girlfriend?', keek hij heel geheimzinnig en ik begreep dat hij vrijgezel was. Even later gingen we aan het dansen, dronken nog een glas wijn en toen nam hij me weer mee naar de vloer. Toen de muziek wat rustiger werd, legde hij zijn armen op mijn heupen en ik stond eigenlijk heel dicht bij 'm. Ik kon zijn heerlijke geur ruiken en toen pas legde ik ook mijn armen om zijn nek. Wat er toen gebeurde, kan ik bijna niet beschrijven. Ik kreeg het helemaal warm en voelde mn maag draaien. Een soort geluksgevoel kwam bij me naar boven en hij fluisterde: 'Mááááti, e delizioso con voi, sei bella Mááááti of zoiets. Het was heerlijk. Ik durfde zelfs mn hoofd tegen zijn schouder aan te leggen en het voelde vertrouwd. Het was heerlijk om zo ontspannen te dansen en ik ging dichter tegen hem aan dansen, dan ik van plan was. Ik had de neiging hem mee te nemen sleuren, naar een plek, een plek die... Mmmm, niet te beschrijven, op die heerlijke Italiaanse muziek. Ik kende de zanger niet, maar het klonk echt romantisch. Zo zou ik altijd wel willen blijven staan. Toen ik m even later losliet, dacht ik dat het wel heel speciaal was. Ik keek nog eens naar 'm en betrapte mezelf op het feit dat ik veel langer naar m keek dan ik van plan was. Ja, ik begon 'm aardig te vinden. Hij kon in ieder geval grappig vertellen over van alles en nog wat. We bleven nog een tijdje zitten drinken en toen brachten de jongens (ahum: mannen, alle drie)ons weer terug naar het straatje waar onze auto stond. 'Dat is toch wel correct van die Italianen', zeiden we later in de auto tegen elkaar. Carla reed, want zij had het minste gedronken. Twee glazen wijn en dat leek ons nog net verantwoord. Giovanni had verteld over de prachtige omgeving en ons gevraagd of we de volgende middag ook bij hem thuis wilden komen kijken. Hij kon dan het stadje Poggibonsi laten zien en waar hij woonde. Dat leek ons best leuk, want we wilden toch wat van de omgeving verder bekijken.
De volgende dag, vrijdag, gingen we dan, met die uitnodiging op zak, op pad. Het bleek maar een klein stukje rijden. Onderweg genoten we nog van het prachtige landschap en aten een broodje met kaas, dronken wat fris. Het landsachp komt indringend op ons af. Wat een kleuren, een intens scala, wijngaarden en hgroene heuvels, gelardeerd met prachtige villa's, omgeven door slanke cypressen. Na verwoede pogingen het opgegeven adres te vinden, wees eindelijk een vrouw bij een winkel ons de juiste straat. Jammer voor de firma 'TomTom', maar hier in dit stadje liet de GPS verstek gaan. Hij (onze gastheer dus) woonde in een voor onze begrippen best leuk huis, aan de rand van het stadje. We konden er zelfs zwemmen. Er was een zwembad achter het huis en we mochten wel blijven eten en slapen. Tenminste... toen we hoorden vragen 'slapen' (sonno) gingen even onze 'interne alarmbellen' af, maar hij maakte ons duidelijk: in het huis woonde hij beneden en op de bovenverdieping had hij voor Carla en mij een aparte kamer, 'een soort hotelkamer', zei hij. Gelukkig maar, het was niet onze bedoeling met de eerste de beste Italiaan het bed te delen. Nee, geen denken aan, Je moet iemand eerst een beetje kennen. Op zo'n directe uitnodiging waren we anders nooit ingegaan.

En daar lagen we dan nu. Zijn moeder (ja, hij woont bij zn moeder thuis, maar dat is daar heel normaal) is erg aardig. Ze had gisterenavond handdoeken klaargelegd, de badkamer laten zien en wij hadden onze spulletjes (toilettassen en kleding enzo) meegenomen en uiteraard onze bikini's. Vanmorgen zouden we gaan zwemmen. Over dat zwemmen vertel ik nog wel...

Daar lag ik dan, op zaterdagmorgen, rustig wakker te worden in een andermans huis, in Toscane, in Italië. Wat een heerlijk land. We zijn hier amper een week en we henben al zoveel beleefd. Met name die charmante mannen, wow. En hier lig ik te denken en te dromen... Eigenlijk maalt er van alles rond in mn hoofdje. Ik weet; het; het is vakantie en ik moet gewoon relativeren. Dat laatse lijkt bijna ondenkbaar. Wat relativeren? Mag je gewoon genieten? Ja toch? Gisterenavond (vrijdag) waren we weer met zn allen gaan dansen> Gewoon ontzettend relaxed en gezellig. Die Italiaanse muziek. Ook moet ik opeens terugdenken (ik begin haast weer te beven) aan het moment in de discotheek, dat Giovanni (nu weten jullie gelijk hoe hij heet) met mij even apart stond. Hij legde opeens zn armen om mijn schouders en gaf me heel charmant een kus op mn voorhoofd. Zijn handen gleden verder, naar beneden, op mn billen en hij fluisterde heel zachtjes tegen me:
....

Lees hier het vervolg:
152. Romance in Toscane (2)... het dilemma
(want het is best al een heel verhaal zo)
Grazie per aver letto il mio blog!
Bedankt voor het lezen van mijn blog
(ik hoop dat ik het zo goed zeg en ik weet niet wat 'blog' in het Italiaans is ;)




© Matti, 21 november 2008
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.

donderdag 20 november 2008

Mijn Russische veldtocht in 1812

De Russische veldtocht wordt beschouwd als één van de grootste militaire misrekeningen uit de geschiedenis. Het zou mijn grote triomphtocht moeten worden. Het werd een grande debâcle, we verloren hierbij 98% van onze aanvankelijke sterkte. Kort tevoren had ik nog een laatste bod voor vrede gestuurd naar Sint-Petersburg. Ik kreeg echter nooit antwoord en dus gaf ik bevel om Russisch Polen binnen te trekken. "Over twee maanden vraagt Rusland mij om vrede" ('Avant deux mois, la Russie me demandera la paix'), veronderstelde ik. Dat bleek echter een misvatting. Helaas, het is niet anders. De veldtocht naar Moskou begon op 23 juni. Ik stak namelijk op 24 juni 1812, met het Grande Armée, het grootste leger tot dan toe in de Europese geschiedenis, de Nemen-rivier over. Die rivier vormde de grens tussen het door de Fransen beheerste hertogdom van Warschau en Litouwen, dat in de Russische invloedssfeer lag. Het Grande Armée was als volgt ingedeeld:
De centrale aanvalsmacht met 250.000 man onder het persoonlijke commando van mij, de keizer; twee andere frontlegers onder Eugène de Beauharnais (80.000 man) en Jérôme Bonaparte (70.000 man); twee aparte corpsen onder Jacques MacDonald (32.500 man) en Karl Schwarzenberg (34.000 Oostenrijkse troepen); een reserveleger van 225.000 man. Daarnaast waren 80.000 man van de Nationale Garde opgeroepen voor volledige militaire dienst voor het verdedigen van de keizerlijke grens van het Hertogdom Warschau. Formidable! Ik, Napoléon, L'Empereur, stond aan het hoofd van het grootste leger uit de geschiedenis: 771.500 man van zeker twintig nationaliteiten, onder wie ook Nederlanders. Een 'Armée formidable'. (Daarover, de betrokkenheid van de Nederlanders, die bij mij dienst hadden genomen, schrijf ik later nog eens). Binnen zes maanden waren negen van de tien soldaten omgekomen.

Het doel van de aanval op Rusland was bedoeld om Tsaar Alexander I te dwingen mee te doen met mijn blokkade tegen Groot-Brittannië. Mijn leger werd verwelkomd door de bevolking van Polen en Litouwen, die mij als bevrijder beschouwde.
Drie maanden na het begin van de campagne, na de Slag bij Borodino, had ik mij strategisch verschanst in Moskou. Het was half september en de Russen staken de stad in brand bij hun vlucht naar het oosten. Daardoor raakten de Fransen verstoken van onderdak en voorraden.
Ik bleef vijf weken in Moskou, omdat ik verwachtte dat de Tsaar zich zou overgeven en een vredesakkoord zou ondertekenen dat ik had opgesteld. Eind oktober besloot ik tot de terugtocht, net toen de winter was ingezet.
De soldaten van de Grande Armee stierven als ratten bij de terugtocht naar het westen. Slechts 50 duizend man bereikten Vilnius op 8 december.
De Russen bereikten de stad een dag later en namen verschrikkelijk wraak op ons, de Fransen. Niettemin waren de meeste van mijn soldaten gestorven door kou, honger en ziekten tegen de tijd dat Tsaar Alexander I op 22 december de stad binnentrok. Toen besloot ik terug te keren naar Frankrijk, en ik vertrok op 5 december richting Parijs.

Tot zover even een toelichting op mijn Russische veldtocht. Dan weten jullie dat ook weer.

Napoléon, 20 november 2008

7 Hyvers respecteren dit
  • Anke
  • Wienie
  • Yadrian
  • Wil
  • Edith
  • Machgyel Adryaenssen de Ruyter
  • Sandra Bieckmann
  • Sandra Bieckmann

    Sandra

    Lijkt mij een vreselijk koude bedoening te zijn geweest. Dat je door het klimaat de slag verliest. Het vaak van die kleine dingen die het verschil zijn tussen overwinning en verlies.
    20 nov 2008, 02:25
  • Edith

    edith

    Stukje geschiedenis........
    20 nov 2008, 19:11
  • Wil

    Leeuwinnetje

    Zo, Napoléon, dank u voor dit kort vertelsel.
    Hiermee heb ik er weer iets bijgeleerd.:-d
    20 nov 2008, 20:31
  • Gerry Mulder

    Gerry

    zo'n 130 jaar later maakte een oostenrijkse gemene meneer vrijwel dezelfde fout.alleen bij een andere stad.

    gerry
    20 nov 2008, 20:58
  • Wienie

    Wienie

    Dat waren nog eens gevechten.....:horseride:
    21 nov 2008, 18:15
  • Mieke

    Mieke

    Super, om die verhalen weer te lezen :) kan er geen genoeg van krijgen.
    22 nov 2008, 14:23
  • Maarten

    Maarten

    Maar de veroveringsdrang was nog niet uitgewoed, als ik uw geschiedenis een beetje ken!
    23 nov 2008, 04:29
  • Jolka

    Jolka

    ...was u mijn leraar geschiedenis maar geweest... dan was mijn cijfer vast hoger geweest d

zaterdag 15 november 2008

143. Nog één keer afscheid (II)

Lange versie
Klik hier voor de verkorte versie

Het grint van het toegangspad naar het kerkhof knarst onder mijn voeten. Dat akelige geluid van mijn voetstappen op deze late novemberavond, laat me weten dat ik in ieder geval nog leef. Hij niet. Hij ligt daar ergens. Verderop. Terwijl ik voortga, zie ik een man gebukt uit een zijpad komen. Het is een tuinman of een soort onderhoudsmedewerker, denk ik. Zijn hark ligt naast 'm. Een vluchtige hoofdknik en een blik van: wat zoek je hier? laten me nog verder in mijn tweedjas duiken. Een idioot idee, om juist nu op pad te gaan. Ja ik weet het. Vorige week is hij gestorven. Ik had hem ontmoet op de hoek bij de supermarkt, toen hij in een bak met flessen aan het grabbelen was. Hij had een zwervend bestaan en iedereen in de buurt kende hem. Toch kon ik het toen niet nalaten om hem mijn broodje, die ik toch nog over had, aan te reiken. 'Hier', had ik ik gezegd. 'dat zul je wel lusten'. Hij had mijn beide handen vastgepakt en in een fractie van een ogeblik constateerde ik dat de man stonk. Ach, bedacht ik, waar moeten zwervers zich nu uitgebreid wassen. Tja, misschien in een soort opvangcentrum voor dak- en thuislozen. Ik ben daar nog nooit geweest, bedacht ik. Ik keek weer naar de man, die een hap nam van het worstebroodje. Hij keek dankbaar en hij mompelde: 'Dankuwel meneer, eindelijk eens iemand die me ziet staan. Dankuwel meneer, dankuwel meneer', sliste hij met zijn half vergane gebit. Nee, geld voor de tandarts was er vast niet bij. Een paar dagen later had ik m weer ontmoet. In het zijpad, bij het Beukenlaantje. 'Meneer', riep hij tegen me, en hij kwam naar me toe lopen. 'Als ik doodga, wilt u dan dit aan mijn zuster geven. Ze woont in Delft, maar ze wil me niet meer zien. Hij gaf me een verkreukeld papier en nog één, met een adres.
Maar ga je dan dood? vroeg ik hem verbijsterd. Ach meneer, we gaan toch allemaal dood en ik ben ziek weet u, ik denk dat ik er niet lang meer ben. Mijn zuster is de enige die ik nog heb, maar ze wil niks met me te maken hebben. Even verzonk hij in gepeins. 'U bent een goed mens, dat zie zie ik. De vorige week knikte u ook al naar me. De meeste mensen lopen me voorbij, ze gaan hun eigen weg. Maar ik ben wel in de kerk geweest weet u en daarom denk ik dat ik hierna verder ga. Verder ga? vroeg ik. Ja, met zoeken, Ik zoek naar de waarheid. En ik ga naar de hemel, weet u.' Ik keek nog een keer naar 'm. 'Hoe heet je eigenlijk?' 'Albert, meneer, maar iedereen noemt me Appie.' Even leek hij na te denken en hij was duidelijk iets uit zijn herinnering aan het opgraven. 'Ik ben een oorlogskind, weet u. In 1966 zijn we getrouwd. Toen mijn vrouw Ria overleed, raakte ik ook mijn baan kwijt meneer en de bijstand wou me ook niet helpen. Ons huis heb ik moeten verkopen. Toen ging ik aan de drank. Hier kijk, zei hij een lege fles.. dit is echt de laatste.Fronsend keek ik 'm aan. De stakker. 'O ja, ik ben gedoopt hoor', voegde hij eraan toe. Dat staat op dat papier en met zijn bevende vinger wees het naar het verkreukte vod dat 'ie in mijn handen had gestopt. Geef dat maar aan mijn zuster... Albert bleef staan, greep met beide handen het winkelkarretje vast, dat voor hem stond en begon zachtjes te zingen. Het kwam een beetje beverig uit zijn keel. Een kerstliedje. 'Stille nacht, Heilige nacht, Davids zoon...'. Toen stopte hij abrupt, leek even na te denken en opeens hakkelde hij: 'Mijn zuster wil het vast niet hebben, houdt u het maar'. Zonder te kijken knikte ik en stak de verfromfraaide papiertjes in mijn jaszak.

Een paar weken later viel mijn oog op een klein berichtje in de wijkkrant.
'Zwerver ter aarde besteld' stond erboven. Bijna had ik het plaatselijke sufferdje bij het oud papier gedaan. Ik begon het artikeltje te lezen.

Zwerver ter aarde besteld
- van één onzer redacteuren -

GOUDSEVEEN - Eind vorige week werd het levenloze lichaam aangetroffen van een zwerver, die zich de laatste tijd in wijk 'Waterloop' ophield. De man, zonder vaste woon- en verblijfplaats was plaatselijk bekend als 'Appie alpino'. Hij voorzag in zijn levensonderhoud door de verkoop van flessen in de buurt van de supermarkt. Verder is niets over de man bekend. Uit nader onderzoek is niet gebleken of de man familie of bekenden had. De politie heeft het lichaam van de man overgedragen aan de gemeentelijke dienst. Eergisteren werd hij op gemeentekosten begraven op de Algemene begraafplaats.

Zwervers vormen de laatste jaren in de verstedelijkte gebieden een opvallend...
Het artikel ging verder met een hele verhandeling over zwervers, werklozen en verslaafden. Omlijst door recente CBS-cijfers. Ik staarde naar het krantebericht. Gedachtenloos bleef ik even staan. Maar dat is 'm, Albert. Snel liep ik naar boven, naar mijn studeerkamer. Daar, in de hangkast, daar hing mijn jas. Snel voelde ik in de rechterjaszak. Ja, het zat er nog in. Het verfrommelde papier, dat Appie me enkele weken terug gegeven had. Ik vouwde het open en begon het te lezen:

Heden, zondag de eenentwintigste februari 1943 is ten doop gehouden
Albertus Johannes van Beemsteren
zoon van
Johannes Hendrik van Beemsteren en Maria Aldegonde Cornelia van Beemsteren-de Vries

Namens de kerkeraad van de Nederlands Hervormde Kerk te Bolstervelde,
K. Sleedoorn. praeses H.A. Zandstra, scriba


Snel zocht ik het andere papiertje op met het telefoonnummer. Zijn zuster, ja die moest het weten, dat hij overleden was. Snel tikte ik het telefoonnummer in, dat vermeld stond. 'Met Annie' werd er aan de andere kant van de lijn opgenomen. 'Bent u mevrouw Talens?, vroeg ik aarzelend... Talens-van Beemsteren. Ja, hoezoe? Annie Talens. Kijk het zit zo mevrouw, u kent mij niet, maar u heeft een broer Albert, die... Appie? zei ze meteen. Rot op. Ik wil niks met 'm te maken hebben. Appie bestaat niet meer voor ons.' 'Ja maar mevrouw, daarom bel ik u. Hij is vorige week gestorven en....' 'Ach wat', zei de vrouw aan de andere kant van de lijn. Niks, niks wil ik van hem horen, dat begrijp je zeker wel? KLIK.
De verbinding werd verbroken. Zwijgend bleef ik staan. Nee, ik begreep er niets van. Ik kende ook de achtergronden niet. Er moest iets gebeurd zijn in die familie. Waarom wilde zijn zuster geen contact? Omdat ie aan lager wal was geraakt? Hadden ze geen mogelijkheden hem te helpen? Ik wist het niet. Allemaal vraagtekens. De stakker. Zijn zuster wil niets meer van 'm horen. Wat nu? Naar de politie gaan? Naar de gemeente? Nee, ik had een ander idee...

'Daar', wees de man op de begraafplaats, daar, loopt u maar rechtdoor. Zojuist had ik 'm gevraagd of hier een paar dagen terug ook een zwerver was begraven. 'O, die'. had hij gezegd, 'Ja hoor, daar in het achterste deel. U ziet het vanzelf, Het zand ligt er nog..Ik versnelde mijn pas en ja, even verderop zag ik de gele zandhoop liggen. Dat moest het zijn, Daar moest hij liggen. Geen steen, geen enkele aanduiding. Hij had beter verdiend. Voorzichtig pakte ik het kleine fotolijstje uit mijn jaszak. Vanmorgen had ik het papier erin bevestigd. Zijn doopformulier.
'Dag Albert' zei ik zachtjes terwijl, ik het kleine lijstje op de zandbult legde. 'Je hebt beter verdiend. Rust zacht...'

Philip J. Stone

--------------------------------------------------------------
Dit verhaal is lange versie van de uitwerking van de november-opdracht voor Het fantasierijk.
Zie voor de opdracht en meer verhalen: Het fantasierijk
Voor alle duidelijkheid: dit langere verhaal hoort niet bij de opdracht, maar heb ik gewoon op eigen initiatief geschreven.
Klik hier voor de verkorte versie
--------------------------------------------------------------

© Matti, 15 november 2008
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.

142. Nog één keer afscheid


Het grint van het toegangspad naar het kerkhof knarst onder mijn voeten. Het is een late novemberavond. De onderhoudsmederker van de begraafplaats had me zojuist de plek gewezen. 'Daar ligt hij, meneer' en: 'gewoon rechtdoor lopen, dan komt u er vanzelf. Een paar weken terug had ik de zwerver aangesproken, die zich bij ons in het winkelcentrum ophield. Dankbaar had hij het broodje aangepakt, dat ik hem had gegeven. O ja, meneer, had ie toen gezegd, terwijl hij me een papiertje in de hand had gedrukt. 'Voor het geval ik doodga. Wilt u het voor me bewaren?. 'Ik ben gedoopt weet u', had hij er snel aan toegevoegd. Verbaasd had ik 'm aangekeken. Toen ik vandeweek een klein berichtje in het weekkrantje las, dat er een zwerver was overleden, moest ik er opeens weer aan terugdenken. Appie, dat moest hem zijn, want ik had 'm al een paar dagen in de buurt van het winkelcentrum gemist. Het kon niet anders. Thuis had ik het papier, dat ie me drie weken terug in mijn handen gedrukt had, een doopformulier, gelezen. Ik had het vodje glimlachend bekeken en bewaard. 'Heden de eenentwintigse februari 1943 is ten doop gehouden: Albertus Johannes van Beemsteren.' Ik stopte het terug in m'n jaszak. Wat kon ik er eigenlijk mee?

Vanmorgen heb ik een klein fotolijstje gekocht, bij kantoorboekhandel Janssen. Dat doopformulier heb ik achter het venstertje gezet. Het minste wat ik voor 'm kon doen. Nu liep ik hier, met in mn jaszak, zijn persoonlijk eigendom. Een gele zandbult, achter op de begraafplaats, kon niet anders dan de plek zijn waar ze hem deze week begraven hadden. Op gemeentekosten. Dit deel van de begraafplaats had nauwelijks zerken. Logisch ook wel. Een simpele eenvoudige begrafenis moest het geweest zijn, zonder toeschouwers wellicht. Langzaam bukte ik me voorover, pakte het lijstje met het verkreukte papier, zijn doopformulier, en plaatste het voorzichtig bovenop de zandbult. Het zou er misschien maar enkele weken staan...

'Je hebt beter verdiend, Albert', fluisterde ik zachtjes voor me uit. 'Rust zacht...'

Philip J. Stone

------------------------------------------------------------------------------------
339 woorden (circa 3/4 A4tje).
Dit verhaal is de uitwerking van de november-opdracht voor Het Fantasierijk.
Zie voor de opdracht en meer verhalen: Het Fantasierijk
------------------------------------------------------------------------------------
De uitgebreidere versie van dit verhaal (staat los van de 'opdracht') vind je hier:
143. Nog één keer afscheid (II)



© Matti, 15 november 2008
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.
Ook gepubliceerd op hyves.nl.
Meer blogs lezen? Kijk hier voor het Overzicht van mijn blogs

vrijdag 14 november 2008

141. Mijn verstand zet ik op nul

Soms vind ik het lekker om even helemaal niets te doen. Mijn hoofd leegmaken. Als je alles wat op je af komt, zou moeten verwerken, dan wordt je stapelgek.
Het begint meteen al als je je huis binenkomt. Nee eerder al, in de brievenbus, beneden in de hal, daar springen de folders je haast tegemoet. Nauwelijks heb je de sleutel van de voordeur omgedraaid als je thuis komt, of daar komt de hele handel op je af. Als ik de 'oogst' mee naar boven heb genomen en op tafel leg, dan wordt ik haast crazy. Aanbiedingen van de supermarkt, de buurtsuper, computerzaken, bouwmarkten, allerlei speelgoedwinkels met Sinterklaasfolders, DVD's en weet ik al niet meer. Ze vertellen allemaal dat je dat allemaal nodig hebt. Nee, ik hoef geen vierpersoons kant-en-klaar magnetron maaltijden (waarom zijn er geen 1-persoons pakketten in de aanbieding?) Hola, zegt een glimlachende man in tuinoverall: 'Het is nu de tijd om blad te blazen'... Wat? Een bladblazer? Hoe verzinnen ze het. Nee, ook geen bladblazer. Die blaadjes waaien toch vanzelf wel weg? Ik wil geen laminaat leggen, potten verf voor de helft van de prijs en betontegels lijken me veel te zwaar. Nee, ook hoef ik niet bang te zijn dat mijn begrafenis niet goed geregeld zou zijn. Ook geen cursus 'leer beter gitaar-spelen' bij een gerenommeerd Instituut (Laat Ons Incasseren) met een digitale assistent. Het mag dan wel uniek hier in de omgeving zijn, maar aan een cursus Internetten voor ouderen, daaraan heb ik geen enkele behoefte. Mijn laptop is al aangesloten en oud ben ik niet (nou ja, je wordt vanzelf ouder). Ik hoef ook geen nieuwe mobiele telefoon en een kerstdiner reserveren voor slechts' 150 euri (wees er snel bij!), dat is niet aan de orde. Kerstdiner? Het is nog begin november... Er lagen eveneens wel vier kleurenfolders van telefoonwinkels die met de nieuwste apparaten op de proppen komen. Allemaal gratis! 0,00 euro
Geloof het maar. Als je de kleine lettertjes leest, moet je een 2-jarig abonnement afsluiten voor 17, 20 of 25 eurootjes in de maand. Dat betekent dus minimaal 24 maanden betalen, een uitgave van pakweg € 450,- om te bellen, als je de rest niet meerekent!. Kassa! Ik laat me voortaan dus maar bellen. Da's veel goedkoper.

Eenmaal achter de buis, schreeuwen de reclames je nog een keer tegemoet: of ik naar Fortis kom met met geld of een tweede bril aanschaf voor de halve prijs. Nee, niks van dat alles. 'k heb gelukkig nog geen bril nodig. Ik wil niks, ik wil gewoon rust. Mijn hoofd leegmaken. Het is dan heerlijk om lekker even te eten en ondertussen even in de krant te kijken of in de intermediair, de NRC Next of een leuk magazine.

Opeens gaat de telefoon. Ja, mijn vriendin, denk ik dan. Nee hoor, iemand die zijn naam niet noemt en vraagt: 'Mag ik u even wat vragen stellen? Nou ja, vragen staat vrij. Wie bent u? vraag ik dan beleefd. Nog geen naam of toelichting. Een vaag persoon dus. 'Wij hebben een fantastisch aanbod voor u.' Of ik er wel eens aangedacht heb dat mijn energie straks op is. 'Energie op? Ik heb zat energie, ik ben namelijk nog lang niet uitgeblust. Nee, uw energieleverancier.' 'Nou, meneer, dat ben ik namelijk zelf, ik zorg zelf voor voldoende energie en af en toe laad ik de motor weer even op. Ik ga lekker lopen of even heerlijk trimmen.' 'Nee, mevrouw, u begrijpt het verkeerd, het gaat om gas en elektriciteit. U betaalt misschien wel teveel.' 'O, dat zit ik niet op de komma uit te rekenen hoor en verder gaat dat prima hoor, het licht brandt hier en ik heb ook verwarming en de douche doet het uitstekend.' 'Zou u niet overwegen om over te stappen? Overstappen, waarnaar toe dan?'. Naar Oxxigo of zoiets.
Mag ik bedanken, het gaat al jaren prima en de stroom doet het hier uitstekend en ik heb verder geen tijd.' Gek, dat al die bedrijven altijd tijdens je maaltijd bellen...Zouden ze er zoveel belang bij hebben dat de helft van Nederland verhuist van leverancier? En die andere helft dan? Die wordt vast gebeld door de andere partij. Hebben ze er nooit bij stilgestaan dat de meeste mensen tussen half zes en zeven uur aan het avondeten zitten? Die medewerkers van die Callcentra hoeven zelf vast niet te eten. Of die halen zo'n magnetron-maaltijd bij Appie, uit de reclame-aanbieding. Van al dat staren op die beeldschermen hebben ze vast een tweede bril moeten aanschaffen, voor de helft van het geld. Veel verdienen zullen ze vast niet, want de reserves gaan naar de pensioenvoorziening... Zo blijven we nog wel even bezig.

Weet je wat ik ga doen? Mijn hoofd leeg maken. Gewoon niks, lekker zaterdag even de deur uit. Ontspannen lopen, ipod mee, mn Reeboks aan en forget it. Het licht gaat simpelweg uit en de verwarming kan laag. Het ontbijt heb ik dan achter de kiezen en van de winter ga ik toch geen laminaat leggen.. no way. Ik loop gewoon langs de bouwmarkt, nee, niet naar binnen, maar verder, het bos in. Heerlijk zuurstof opsnuiven. Lekker gezondheid opdoen. Nee, ik hoef geen andere auto en of er wel voldoende 'vibratie' en-weet-ik-wat-voor-bevorderende-chemische-stoffen in mijn bodylotion zit, wat boeit het. Ik hoef geen bloembollen te bestellen voor het voorjaar, want dat lukt slecht op een balkon. Kijken of mijn pensioenruimte voldoende is, dat kan op een later moment nog wel en daar denk ik nog niet aan.
Weet je wat? Als het zaterdagmorgen droog is, dan laat ik alle folders netjes in de brievenbus zitten, nee beter nog: ik gooi ze meteen in de bergruimte in een grote doos bij het oud papier. Dan ga ik dus eerst lekker lopen. Nee, niet op die nieuwe schoenen uit de zojuist gearriveerde folder, maar gewoon op mn ouwe getrouwe Reeboks. Heerlijk genieten van die mooie herfstkleurtjes, nu het nog kan... Helemaal gratis en voor niets. Ik zet mijn verstand op nul en laat al die adviseurs bij het Callcentre lekker bellen... ik ben er niet. Trouwens, over bladblazers gesproken: kan er iemand niet een blazer uitvinden die al die reclame-bladen wegblaast? Hahaha...

O, ja, kunnen jullie me nog even een folder sturen van mooie wandelplekjes , voor tips over mooie wandellocaties in Nederland houd ik me aanbevolen





© Matti, 14 november 2008
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.


______________________________________
Reacties (op hyves.nl)

  • Edwin

    Edwin

    Geweldige blog weer. Bij die callcenters werken ze van 8 tot 21 uur. Bij uitstek belt men rond etenstijd omdat dan de meeste mensen thuis zijn. Het basissalaris is een 'fooi' maar de bonusregeling goed en dus moet er zoveel mogelijk worden afgezet. Een fijn 'verstand op nul' weekend gewenst.
    14 nov 2008, 13:26
  • Juliette

    Juliëtte

    :clap: hahaha irritant he, altijd dus onder het eten! altijd!
    leuk geschreven (y)
    14 nov 2008, 13:41
  • Gerda

    Gerda J.

    :rolling: U bent lekker op dreef!

    :protest: Super-irri vind ik altijd het schreeuwerige GRATIS:blablabla: , alsof we met z'n allen debiel zijn, tsss! :doiknowyou:

    Lekker uitwaaien, bij voorkeur aan zee, heerlijk!
    14 nov 2008, 14:04
  • Erika

    Erika

    en als je dan een keertje op een reclame stuit die je dan wel nodig kan hebben en je gaat naar de winkel wat denk je "uitverkocht" pfff niet meer voorradig, grrrrrrr.

    ben wel lid geweest van een blad voor wandelroutes maar helaas moet je daar dan weer wel voor betalen.

    wandelze meid, maak je koppie maar lekker leeg en geniet van de mooie herfstkleuren nu dat nog kan.
    xxx
    14 nov 2008, 15:07
  • Ellen

    Ellen.

    Je hebt natuurlijk helemaal gelijk!! Weg met die zooi! Ik zie in de winkel wel wat ik leuk vind! Daarom heet het shoppen (lopen en in rekken snuffelen tot je erbij neervalt, that's all a girl wants!)!

    Mooie wandelplekken?
    Rond austerlitz, hoge vuursche (niet lage want sinds Bea daar weer wil gaan wonen is het nog drukker en loop je over oranje geschminkte koppen in plaats van oranjebladeren :d ) en natuurlijk richting de Veluwe...gewoon ergens afslaan en je ziet wel!

    Geniet!!! (maar wel op tijd terug voor de intocht he!! ;) )
    liefs Ellen
    14 nov 2008, 15:15
  • Marianne

    Marianne

    De call-centers spreken altijd met de huishoudster! Werkt prima. :marlinde:
    14 nov 2008, 17:24
  • John Kerkhof

    John

    Mijn leven is een stuk prettiger geworden sinds onze brievenbus de sticker draagt die aangeeft dat we 'nee' zeggen tegen ongeadresseerde reclame. :-d
    14 nov 2008, 17:41
  • Aaltje

    Aaltje

    Haha
    T'is net alsof ik mezelf hoor klagen
    Af en toe heb je idd z'n dag nodig, lekker met je zelf afspreken vandaag moet niets!
    Geloof dat ik er binnenkort ook maar weer een inplan.
    X Aaltje
    14 nov 2008, 17:59
  • Gerry Mulder

    Gerry

    zorg dat je zo n sticker krijgt net als John, en je zult zien..no more folders honey..

    gerry xxx
    14 nov 2008, 18:14
  • Wil

    Leeuwinnetje

    Als ze me al weten te vinden, die callcenters dan zeg ik gewoon: ik doe geen zaken over de telefoon. Of, ook een goeie: nee hoor, die woont niet meer op dit adres...

    Maareh, ik loop graag een keertje met je mee hoor...Veel plezier op je looproute.
    15 nov 2008, 00:01
  • Elfriede

    Friedje

    Wat een heerlijk verhaal. Ik kom zelf uit Haarlem en woon al weer 10 jaar in het Drents/Friese woud! Heerlijk, wat een wandelgenot hier! Kom en geniet zou ik zeggen!

    Heb zelf ooit 25 jaar geleden bij zo'n call center gewerkt,ff tussendoor, ja zelfs toen was het er al, inderdaad altijd bellen ...Lees meer
    15 nov 2008, 04:14
  • Brenda

    Brenda

    Tip: Als een callcentrum belt en vraagt of je tijd hebt zeg je ja hoor....ogenblikje. Je legt het toestel weg en gaat rustig iets anders doen......half uurtje ofzo.

    Dit schijnt trouwens ook te helpen ;)


    15 nov 2008, 13:45
  • Marianne

    Marianne

    @ Brenda
    Dat is wat mijn kinderen doen. :-d
    Mijn man pakt altijd in een taal op die zij niet spreken, werkt ook prima.
    15 nov 2008, 16:03
  • Matti

    Matti

    @allen: Ik vind de diverse 'oplossingen' om die Callcentra-medewerkers van je af te schudden, werkelijk schitterend. Briljante aanpak soms. Als ik zo de reacties lees, dan is niemand in Nederland blij met die activiteiten van die Callcentra. Waarom bestaan die überhaupt nog, vraag je je af. Als iedereen categorisch hardnekkig de boot afhoudt, dan zou het toch een keer moeten stoppen ;) er is dan namelijk geen 'omzet' meer te behalen...of is dat een te simpele redenatie?
    15 nov 2008, 16:40
  • Marianne

    Marianne

    @ Matti
    Mijn reactie komt niet vanuit Nederland. Helaas geldt dit voor heel Europa. Erger als de dit vind ik het contact met verzekeringsmaatschappijen of banken. Dat moet nu ook via alle callcenters en kost mij veel geld en een hoop geduld.
    15 nov 2008, 17:40
  • Litha Antwerpse

    Litha uit Antwerpen

    Als ik hoor dat het over een Bank gaat; zeg ik meteen: "Oh, maar daar moet je geld voor hebben, ik kom amper rond aan het eind v d maand." Dan is hun interesse meteen over.

    Verkopen ze wijn dan ben ik geheelonthouder en vind drinken "afschuwelijk"... (6)

    Is het voor enquêtes dan geef ik meestal een antwoord dat tussen 2 mogelijkheden valt. Daar krijgen ze een punthoofd van.

    Maar ik wordt niet gemeen, want ik heb er zelf 5 jaar gewerkt en het is geen pretje!
    Ik heb nog steeds medelijden met ze. :'( ;-)
    15 nov 2008, 22:19
  • Leyla

    Leyla

    Haha, je hebt zelf energie!(y)
    16 nov 2008, 17:37
  • Arnoud Jordan

    Arnoud

    Op je vaste lijn een antwoordapparaat aansluiten, welke na 1 bel al in werking treed. Hebben ze ook een hekel aan :-d . Nadeel is wel dat je je eigen familie of vrienden zelf moet bellen :s .

    Ik ga met Ilse mee. Hier in de omgeving van Arnhem (Veluwe en Veluwezoom) is het erg mooi wandelen. Ook de uiterwaarden zijn een bezoekje zeker waard.

    Groetjes
    18 nov 2008, 16:20
  • Jane

    Jane

    Reclame is verleiding.
    Peperdure advertenties, tv-spots, folders en posters, doen ons verlangen toch?

    Ik vraag me weleens af hoe effectief telemarketing eigenlijk is?
    Wetend dat mensen rond etenstijd thuis zijn, hopend een klant te scoren, terwijl de warme maaltijd van de potentiele koper koud staat te worden?
    De verleiding is soms zóóó groot
    om idd de hoorn op de haak te gooien!
    Maar ach, de marketeers doen ook hun werk.

    22 nov 2008, 11:28