296. Blue Mountains, hiken en dansen
291. A lazy day
290. Niet down, maar 'downunder'
Nadat we in het Nationaal Park Blue Mountains hadden rondgestapt, waren we weer teruggekeerd naar ons hostel in Sydney. Na nog een dagje Sydney, huurden we vlakbij Central station een campervan (een Toyota-busje) om 10 dagen noordwaarts te toeren. We gingen naar Byron Bay met een prachtige vuurtoren en reden door naar het stadje Noosa. Na een dagje Noosa en een overnachting in ons camperbusje, werd het tijd om naar Hervey Bay te vertrekken.
`Named after an English casanova, it`s no wonder Hervey Bay`s seductive charms are difficult to resist. A warm subtropical climate, long sandy beaches, calm blue ocean and a relaxed and unpretentious local community lures all sorts of travellers - backpackers, families and sea-changing retirees - to its shores. Throw in the chance to see the majestic humpback whales frolicking in the water, and the town`s convenient access to the World Heritage-listed Fraser Island and
it`s easy to understand how this once sleepy fishing village seduces
you without even trying.`
Aldus de aanbevelingen voor Hervey Bay. Het plaatsje ligt zo`n drie uur rijden boven Noosa. Deze plaats is tevens de opstapplek naar het beroemde werelderfgoedgebied: Fraser Island (Google maar eens!). Die morgen waren we al om - schrik niet - half zes uit de veren (dat nota bene in de vakantie). Om 6.15 uur moesten Carla en ik namelijk paraat staan voor onze trip. We hadden geboekt voor twee dagen Fraser, een kampingtour met een 4WD-jeep. We werden opgepikt door Brian, een goedgemutste Aussie-gids met een ergelijk trekje: de muziek uit zijn cassetterecorder of wat daarvoor moest doorgaan, een aantal hardcore-tracks, werd steevast luider gezet. Na een stuk of acht nummers hadden we er onze buik (en oren) wel vol van en vroegen of hij nog meer op het repertoire had. Gelukkig, hij had ook nog andere muziek, dus dat viel weer mee. Toen volgde de ferry, een drie kwartier varen, naar het grote zandeiland. Daar aangekomen verzamelden zich nog een paar gidsen met busjes en 4WD-jeeps en -bussen. Je mag namelijk niet met normale auto's het eiland op, want het is één en al mulle zandmassa. De gidsen (tevens chauffeurs) wisten ons flink bang te maken voor de dingo`s (een soort honden) die daar in het wild leven. Zo werd ons bijvoorbeeld verteld dat er onlangs nog een meisje was gegrepen door een dingo.. ze moest met verschrikkelijke verwondingen worden afgevoerd met een traumahelicopter naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis.
Ook moesten we oppassen voor de giftige slangen, die daar kennelijk krioelden en giftige spinnen als je op bospaden liep. Later kwam ik er achter dat dit allemaal sterk overdreven was..
Maar enfin, met goede weersvoorspellingen en vol goede moed begon de reis naar dit prachtige eiland. We hadden zo`n mega grote jeep, wat ook zeker nodig was met al het mulle zand.
De eerste dag zijn we naar een groot meer geweest waar zwarte schildpadden leven. Dit teatree-meer was heerlijk om in te zwemmen omdat de teatree olie je huid en haar lekker zacht maakte. Na een wandeltocht op het strand hebben we ook met de groep een wandeling gemaakt door een heldere ondiepe rivier (Eli Creek). Natuurlijk was ik op een gegeven moment zeiknat (dat heb ik nou altijd), omdat ik op een gegeven moment onderuit ging. Haha, lekker verfrissend
`s Avonds hebben we gekampeerd en gezellig samen gekookt rond een kampvuur. Verder hebben we nog een soort van zandduin beklommen voor een fantastisch uitzicht over de zee en hebben wij een humpback-walvis gezien! Op de tweede dag zijn we met 'onze jeep' naar een ander meer geweest (Lake MacKenzie), deze bleek ook kraakhelder.
De gids dropte ons weer bij de ferry en na twee dagen zwoegen, hadden we ook Fraser Island wel weer gehad. De nacht brachten we weer door in Hervey Bay om dan te vertrekken richting Cairns. Daarover later.
@ Matti, 21 oktober 2010
Reacties op mijn blogs stel ik altijd op prijs.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten